'Verband tussen geboortegewicht en kansen op werk?'
Tussen de uitkomsten van al de nutteloze onderzoeken deze
week viel mijn oog hierop: ‘De kansen op werk hangen samen met het
geboorte-gewicht?’
Gebiologeerd door deze woorden bekeek en las ik nog eens de
tekst en zocht daarna snel naar een fotoalbum van vroeger.
Hoe zwaar was ik bij
de geboorte en hoe zag ik er een paar maanden later uit? Ruim 6 pond en wat
maanden later een redelijk stevig ventje. Mooi, hiermee kon ik wat.
De onderzoekers, waar vandaan stond er niet bij, hadden in
de periode 1965-1991 de gegevens van 1.025.763 kinderen naast elkaar gelegd en
daaruit een flink aantal conclusies getrokken. Bij jongens bleek het gemiddeld
gewicht te liggen rond de 3400 gram, dat van meisjes lag op 3300 gram.
Zou dit al een aanwijzing zijn voor de carrièrekansen voor
meisjes? Werden die 100 gram tekort bij de geboorte ze later fataal?
Het
onderzoek gaf daar geen duidelijk antwoord op.
Wel wist ik nu dat mijn geboortegewicht rond het
gemiddelde lag. Een afwijking van een paar gram kon geen kwaad. Tenminste, dat
nam ik aan.

Geïnteresseerd las ik verder en zag ik in de bijgevoegde
grafieken dat jongens en meisjes met een gemiddeld geboorte-gewicht en geboren
tussen 1965 en 1980 95% kans op een baan hadden (gehad).
De kansen op een baan voor de geborenen tussen 1981 en
1991 en met een gemiddeld gewicht werden al minder. Daar lag het percentage op
93%. Zou dat mede te maken hebben gehad met de ontwikkeling in de economie? De
onderzoekers bleven er wat vaag over.
Opmerkelijk vond ik de passage over de kansen op een
vaste baan voor zowel jongens als meisjes. Kinderen, geboren tussen 1965 en
1975 met een geboortegewicht van 3269 gram, hadden tweemaal zoveel kans gehad
op een vast contract dan dezelfde kinderen uit de jaren 1987-1991. Deze werden
in het onderzoek daarom ook als de ‘flexgeneratie’
aangeduid.
De conclusie, dat jongens met een gewicht van iets meer
dan 6 pond iets vaker aan voetbal deden dan meisjes met hetzelfde gewicht, nam
ik graag voor waar aan. Net als dat ik direct geloofde dat meisjes met een
gewicht van 2963 gram iets vaker aan paardrijden deden dan jongens met
hetzelfde gewicht.
Jongens en meisjes, geboren na 1985, waren ook vaker bij
de Burger King en McDonald’s geweest. Terwijl kinderen, geboren tussen 1965 en
1975, meer tuinbonen en koolraap op hun bord hadden gezien dan later geborenen.
Al deze nevenuitkomsten brachten een kleine glimlach op
mijn gezicht. Het is altijd fijn dat wetenschappers de tijd nemen om dit tot op
de bodem uit te zoeken.
Na een uurtje bladeren in dit onderzoek hield ik het voor
gezien. Een onderbouwing voor de titel van dit onderzoek kon ik nergens
terugvinden.
Ik houd het er maar op dat gewicht bij de geboorte er niets toe
doet.
Kansen op werk liggen meer bij jezelf, de economische
omstandigheden en hoe de overheid omgaat met de aanwezige middelen om, in
tijden van neergang, de zaak te stimuleren.
Reacties
Een reactie posten