'Autobahn'

'Autobahn'


Soms denk je ineens aan heel rare dingen. Zoals, welke bestemming had de vakantie van 1975? Waarom zul je zeggen? Nou, omdat ik het nummer 'Autobahn' van de Duitse groep Kraftwerk op de radio hoor.  Het moet haast wel die trip zijn met mijn broer Wim naar Luxemburg en vervolgens naar Billafingen in Zuid-Duitsland. Man, man, wat heeft dat nummer die vakantie vaak keihard door de luidsprekers van mijn autoradio geschald.

Wat hebben we gelachen die vakantie. Als ik door mijn fotoalbum blader wordt mijn vermoeden bevestigd. Het is einde juli 1975 geweest. Want ik kom een envelopje tegen van Photo Télésiege Vianden, dat is verzonden naar mijn toenmalig adres te Amsterdam-Osdorp. Datum poststempel: 14 augustus 1975. 
De originele inhoud zit er niet meer in, een foto van mijn broer Wim en ikzeIf in de kabelbaan van Vianden. Die zit intussen in het album. Maar het lege envelopje maakt eigenlijk meer herinneringen los. Zo staat er te lezen dat de foto’s, a stuks, 60 B.Frs. kosten en binnen 14 dagen bezorgd worden op het huisadres.

Ik weet nog dat we dat jaar voor het eerst gingen kamperen. De eerste en tevens ook laatste keer zou later blijken. Met de auto uiteraard, op dat moment een zeegroene Fiat 128 met de, in onze familie, vermaarde megafoonuitlaat. 

Natuurlijk bezaten we geen kampeerspullen en daarom hadden we een klein tentje van mijn zwager Jaap geleend. Doel van de reis was Luxemburg, dat leek ons wel aardig en het was ook niet al te ver.  En hoewel we niets hadden gereserveerd vonden we al snel een mooie camping in Diekirch, een klein stadje aan de rivier de Sûre of Sauer. Dat de camping aan dit riviertje lag bleek later een extra pluspunt.

Onderweg werd voor de eerste maal het cassettebandje met daarop het album “Eldorado” van ELO gestart. Vooral het beginnummer, Eldorado Overture' dat overgaat in “Can’t get it out of my head” en het nummer 'Poor Boy' waren onze favorieten. Het aantal malen dat we dat luidkeels hebben meegezongen moet die vakantie ontelbaar zijn geweest.

Met al onze ervaring aan kamperen, niet dus, werd de tent opgezet. Hoewel we thuis, voor de deur in het park, al een keer hadden geoefend viel het toch niet mee. Maar uiteindelijk stond ons onderkomen voor de komende weken en werd de boel verder ingericht met de gebruikelijke zaken. Een paar luchtbedden, slaapzakken, een butagas stelletje en wat goedkoop kookgerei. 

Dat het goedkoop was bleek wel de volgende dag. Bij het bakken van het 1e eitje zag je het koekepannetje krommer en krommer worden.
Eten was trouwens helemaal geen pretje. Ik begrijp niet dat mensen voor hun lol gaan kamperen. Het is allemaal behelpen en je bent enorm veel tijd kwijt aan het verjagen van allerlei soorten insecten. Zelfs bij het smeren van een boterham smeer je een vlieg mee met de boter. Kamperen is echt creperen, zoals door menigeen terecht wordt beweerd.

De eerste drie dagen hadden we prachtig weer. Een zwembad zoeken was niet nodig want we hadden redelijk zwemwater binnen loopbereik, namelijk het riviertje. Jezelf wassen was dus ook een fluitje van een cent. Je nam ’s morgens of ’s avonds een duik in de rivier en je was weer fris. Dat dit niet gold voor je haren bleek later. Bij het ontwikkelen van de foto’s later werd zichtbaar dat mijn broer Wim aan het kammen daarvan niet veel tijd was kwijtgeweest. Het was één grote bos die recht overeind stond.

Veel hebben we niet gedaan in Diekirch. We zijn een dagje naar het kasteel in Vianden geweest waar de eerdergenoemde foto in de kabel is genomen. Verder waren de terrassen in Diekirch en de camping de plek waar we ons uitermate goed konden vermaken. Vooral de eerste twee avonden was het één groot feest bij de tenten van de buren op de camping. 
Maar op dag drie zouden wij ’s avonds aan de beurt zijn om al onze buren te ontvangen. Veel trek hadden we daar niet in, dus werd  besloten ‘s morgens vroeg te vertrekken. Nog voordat onze “campingvrienden” en “drankgenoten” wakker zouden worden. Auto starten, cassetterecorder aan en misschien wel dit nummer 'Roll over lay down' Ach, je moet toch wakker worden ’s morgens.

Achteraf was het vertrek uit Diekirch een totaal verkeerde keus,  want op de volgende stop was het weer een stuk minder. Impulsief werd die bestemming Billafingen, een dorpje in het Zwarte Woud vlakbij Überlingen. in 1969 waren we daar eens met het hele gezin geweest, tijd om nog eens daar te kijken. 
Zonder al te veel zoeken vonden wij ons volgende reisdoel en parkeerden wij de auto bij het Bräuhaus, een gasthaus zoals er veel zijn in dit gedeelte van Duitsland.
Bij binnenkomst werden wij direct door Frau Roth, de eigenaresse, herkend. En natuurlijk werden onze oren van het hoofd gevraagd. Hoe ging het met die, en met die?

Ondanks dat het weer er een stuk minder was weerhield dat er ons niet van de bekende punten op te zoeken. Bijvoorbeeld het stadje Überlingen en het kasteel bij Meersburg. Echt veel is me er verder niet van bijgebleven. Wel dat we op de terugreis naar Nederland nog snel een souvenir voor mijn moeder moesten kopen. Dat werd een klein houten hondje, dat nu nog steeds bij haar op het dressoir staat. Prijs nog geen drie mark.

Het is misschien nog wel leuk om een kleine discografie van die vakantie bij te voegen. Het album  van Sailor 'Sailor' mag zeker niet ontbreken. Ook de cassette met daarop  van (Paul McCartney) &Wings 'Venus and Mars' zat regelmatig in de recorder. Evenals 'Band on the Run' en 'I'm not in love' van 10CC 

Verder wat toen populair Top 40 werk. Twee daarvan waren ook erg populair bij ons, namelijk 'Make me Smile' van Steve Harley and Cockney Rebel en de hit van het jaar 1975 'Sailing' van Rod Stewart. 

Maar terugkijkend was dit misschien wel één van mijn leukste vakanties ever. 



Reacties